Affligem: De Hopduvel in het boerenhof
D’r stond daar vroeger een boerenhof, waar het gedurig miserie was met de koeien en de paarden. Het een stierf na het andere, en die mensen waren daar al gans door geruïneerd – niks, niks, geen kalf konden ze houden!
De miserie was begonnen toen de boer van
dat boerenhof een plek tarwe had staan die gewied moest worden, want er stond
nogal veel onkruid in. Een schaapherder wedde tegen die boer dat hij heel zijn
kudde schapen door die plek tarwe kon laten gaan, en dat ze al het onkruid
zouden afeten en geen aar tarwe aanraken.
En jazeker, de schaapherder joeg er zijn
kudde schapen door, en die beten alleen het onkruid af en lieten de tarwe
staan. ‘Hoe is dat nu mogelijk?’ vroeg de boer, verwonderd.
‘Dat is nu mijn kunst!’ riep de
schaapherder uit, en hij zette zijn duim en wijsvinger opeen en zei: ‘Kijk,
daardoor komt het!’
En de boer keek door het rondje van duim
en wijsvinger, en hij zag op iedere korenaar een Hopduvelke zitten, met een
zweepke in zijn hand.
‘Met zwarte kunst een weddenschap winnen,
dat is niet eerlijk!’ zei de boer, en hij weigerde te betalen, en toen was dat
spel dus begonnen. En ze geloofden daar in dat boerenhof dat het allemaal een
gevolg was van de zwarte toverij van de schaapherder, maar dat waren daar
liberalen, en vrijmetselaars – die gingen niet naar de kerk, en dan kunt ge
niks doen tegen zwarte toverij. Maar goed, op de lange duur, en door al die
miserie en al die accidenten, zeiden ze dan toch: ‘We zullen een keer naar
Affligem gaan!’
En toen hebben ze daar dan een pater laten
komen… en toen die bij de stallen van dat boerenhof aankwam en ze begon af te
lezen, is die beginnen zweten, en beginnen afzien… Ge hebt er geen gedacht van…
dat was verschrikkelijk!
En op een zekere plaats, daar kon die
pater precies niet verder… en was het of hij strijd moest leveren met… Ja,
waarmee? Wie zal het zeggen?
En ze zijn daar dan beginnen rond te zien,
en toen hebben ze iets gevonden in een vlieggat. En als ge niet meer weet wat
dat is, zo’n vlieggat… dan zal ik u dat zeggen, zie… Dat is dus iets in de
stallen om tocht door te laten komen, en lucht te brengen in de stal.
En daar, in dat vlieggat, daar zat een dik
zwart boek…
Toont
zwart boek.
En de pater van Affligem, die heeft dat
toverboek genomen… en daar stonden allemaal witte bladzijden in, op één
bladzijde na… En daar was een toverspreuk op geschreven…
Toont
de spreuk.
En weet ge wat de pater toen gedaan heeft?
Hij heeft die spreuk afgelezen… maar omgekeerd. Dus als ge u wilt laten
ontduvelen, moet ge deze toverspreuk gewoon achterstevoren lezen… Probeer het
maar eens!
Reciteert samen met publiek
achterstevoren:
Y’ai!
Ng’ngah Yog-Sothoth!
H’ee-l’ greb f’ai’ throdog!
u aah!
Ogthrod ai’f geb’lee’h Cthulhu!
’n Gah’ng ai’Y Zhro!... Hopduvel!
Sluit
het boek.
’t Schijnt dat het daar toen in dat
boerenhof daar gedaan is geweest met al die miserie… Maar die mensen waren wel
geruïneerd, en zijn dan rap nadien gestorven.
Maar mocht gij, nu of straks, van den
Hopduvel bezeten raken… dan weet ge wat er u te doen staat hé.
Reacties